Verbeterplan voor wonen en werken

10-punten verbeterplan voor wonen, werken en studeren in Delft

Delft is een kennisstad, daar horen studenten bij. De laatste jaren is het aantal studenten flink toegenomen, en daarmee helaas ook de overlast verveelvoudigd. De leefbaarheid in een aantal wijken zoals de Wippolder staat zwaar onder druk: bewoners slapen slecht door regelmatige geluidsoverlast. Ze ervaren geen begrip bij de veroorzakers. De overlast is zo extreem dat zelfs studenten aangeven overlast te ervaren van hun overlast gevende medestudenten. In een aantal straten wonen meer studenten dan andere typen bewoners: het buurtgevoel is weg, en mensen durven de overlastgevers ook niet meer aan te spreken omdat ze bang zijn voor de reacties en repercussies.

We willen een leefbare wijk, waar je kunt wonen, werken en studeren. Met ruimte voor iedereen, waar diversiteit is, en respect voor elkaar.

Brongerichte, integrale aanpak

1. Ontkamering

Er zijn hotspots in Delft waar te veel studenten in een woonwijk wonen, waar te veel mensen dicht op elkaar wonen en waar te veel overlast is. Deze hotspots moeten aangepakt worden, en kunnen dan kansen bieden bijvoorbeeld voor starterswoningen, eventueel in combinatie met verduurzaming (energieneutraal). Op die manier kan het wellicht zelfs budgettair neutraal gezien de vraag naar starterswoningen. Instrumenten: actief checken vergunningen en illegale bewoning, of zelfs aankoop door de gemeente (vergelijk de succesvolle aanpak van de Kromstraat door de gemeente)

2. Zelfbewoningsplicht

huizen zijn er om te wonen, niet om te beleggen. Omdat er behoefte is aan diverse woningen (goedkoop en duur) moet dit onverkort ingevoerd worden (geen ondergrens qua koopprijs).
Illegale verkamering / verdachte verbouwing / etc. moet gemeld worden. De belangenvereniging TU Noord kan een rol spelen in het melden indien men bijvoorbeeld bang is voor repercussies.

3. TU Delft

De TU moet haar eigen doelstellingen qua duurzaamheid (people, planet, prosperity) in praktijk brengen: met zulke grote aantallen studenten moet de TU een belangrijke(re) rol spelen bij het zorgen voor huisvesting, opvoeding en het aanspreken van studenten. Ze kan wellicht zelfs de toestroom van studenten beperken zodat het aandeel studenten t.o.v. andere Delftenaren weer in verhouding komt.

4. Makelaars

Makelaars aanspreken op hun rol: studentenpanden komen lang altijd niet beschikbaar op de gewone huizenmarkt, waardoor niet alle huizen beschikbaar komen voor andere groepen zoals  gezinnen.

5. Studentenverenigingen aanspreken op hun verantwoordelijkheid

Studentenverenigingen hebben zelf veel panden die zij aan studentenverhuren, deels via Duwo. Zij zouden hun leden/huurders meer kunnen aanspreken op wangedrag en desnoods royeren. Alleen studentenverenigingen die hiervoor hun verantwoordelijkheid nemen krijgen vergunningen/subsidies. Samenwerking met gemeente kan op dit punt beter.

6. Huisbazen

Huisbazen kunnen helpen door hun huurders aan te spreken op hun verantwoordelijkheid als bewoner van een woonbuurt en desnoods hen het instemmingsrecht ontnemen als studentenhuizen deze verantwoordelijkheid niet kunnen dragen. Basisregels goed huurderschap zou onderdeel moeten zijn van  huurcontracten. Nu wordt het aan de interpretatie van het jonge studenten overgelaten wat een huurder doet en laat. Studenten hebben vaak geen idee dat ze overlast veroorzaken. Bij duidelijke regels kan de huisbaas huurders aanspreken en bij aanhoudend wangedrag het huurcontract beëindigen.

Effectgerichte aanpak

7. Analyse van hotspots

Analyse van hotspots door de gemeente: waar is de verhouding scheef qua overlastcijfers, de verhouding tussen huur en koop, overbewoning van woonruimte, overbelasting/vervuiling openbare ruimte. Voor meer achtergrondinformatie kijk bij het onderzoek van Omroep West.

8. Wijkcoördinator

Een wijkcoördinator is hard nodig. Niet alleen voor de aanpak van vergunningen, van overlast en illegale bewoning, maar ook om bewoners die overlast ervaren te ontlasten, ook psychisch. Er is zoveel en zo vaak overlast vanuit diverse plekken in de wijk dat dit hard nodig is. Voor sommige bewoners is het bijna een dagtaak geworden terwijl dit niet enkel het probleem is van een paar bewoners, maar van een hele wijk en van de gemeente.

9. Signaleren en melden

De politie kan ’s avonds met de auto langs hotspots rijden. Ook kan beveiliging worden ingehuurd om de bewoners te helpen en de politie te ontlasten. Zo ontzorg je de bewoners die ’s nachts elke keer wakker worden, maar niet weten waar het vandaan komt.

Overlast wordt nu niet altijd gemeld omdat men niet weet waar dat moet of men durft niet. Melden is niet anoniem, maar moet met DigiD bij het Registratiepunt Woonoverlast. Dit moet breder toegankelijk worden. Nu is voor de gemeente veel leed onzichtbaar of wordt er gedacht dat het maar één enkele bewoner is die overlast ervaart. Het moet voor iedereen te allen tijde duidelijk zijn dat overlast altijd gemeld moet worden zodat er een dossier opgebouwd kan worden en de gemeente meer grip op de problematiek krijgt.

Meld overlast altijd!

Meld illegale verkamering of verdachte verbouwing die vermoedelijk zonder omgevingsvergunning plaatsvinden. Dat kan door zelf een handhavingsverzoek in te dienen, maar dat kan ook via de belangenvereniging wanneer men bang is voor repercussies bijvoorbeeld en kiest voor anonimiteit.  

10. Permanente zichtbare communicatie

Met als boodschap: dit is een woonwijk waar mensen wonen, werken en studeren, en daarbij de oproep om overlast te melden.

Dit kan steun en hulp bieden aan bewoners en het gedrag aanpassen van overlast gevende studenten. De gemeente en de wijkagent doen hun best, maar voor veel bewoners is dit helaas onzichtbaar, zij lijden bijna dagelijks onder deze overlast. Dit kan bewoners ook psychisch steun bieden.

Permanente zichtbare communicatie is niet nieuw, ter vergelijking: als het schooljaar begint, hangen er spandoeken “wij gaan weer naar school”. In de Kromstraat hangt bijvoorbeeld ook een spandoek aan een dranghek met daarop het verzoek geen fietsen te plaatsen. Bij studenten hangen vaak spandoeken en posters aan de ramen; daar kunnen teksten over goed nabuurschap best wel bij.

Naast spandoeken en posters kan men denken  aan tv spotjes en social media uitingen. Ook deze bewustwording onder studenten en bewoners moet campagnematig aangepakt worden, zodat de studenten op meerdere momenten via verschillende kanalen deze boodschap krijgen. TU Delft zegt heel graag verbinding met de stad en de bewoners te willen, zie deze website www.tudelft.nl/wijstad